Nara en Kyoto, maandag 11 april 2016

11 april 2016 - Kyoto, Japan

Vandaag gaan we naar Nara, de stad die van 710-784 de hoofdstad van Japan was. Het ligt net buiten Kyoto, zo’n 3 kwartier met de trein. Weer om 7.30 uur opstaan, was wegbrengen (200 yen voor een onderbroek en 400 yen voor een overhemd, heb je bijna nieuwe voor …..) en op naar de koffie en de croissants bij ons ontbijttentje in het station. We ontdekken heerlijk noten/rozijnenbrood, dat is nog eens een goede start.

We gaan met de groep, dus verzamelen in het hotel en dan weer terug naar het station voor de trein naar Nara, station Kintetsu-Nara. We wandelen langs een park en zien na een paar meter de eerste herten al. De reisleider had ons verteld dat we die niet mochten voeren. Dat was misschien een aantal jaren geleden zo toen hij er voor het laatst was, nu staan overal verkopers met koekjes voor de herten. De herten zijn trouwens behoorlijk opdringerig. Als ze denken dat je wat eetbaars hebt zijn ze zo bij je. Het is oppassen voor onze reisgids en kaarten. Papier eten ze ook! We voeren niet, ook de op hout gestookte ovens soort van gebakken aardappels niet. Het voelt gewoon niet goed. Aan de andere kant is er verder weinig voor de beesten te eten, het gras is heel kort en droog en de bomen zijn ingepakt om te voorkomen dat ze de bast opeten.

Onderweg zien we de eerste monniken in camelkleurige hemden en sandalen en witte kousen. Ook zij zijn onderweg naar de tempels van Nara. De eerste tempel die we zien is de Todai-ji, een groot complex met aan de poort twee afschrikwekkende houten wachters. Het hoofdgebouw, de hal van de grote Boeddha, is enorm. Het is niet te bevatten dat dit gebouw helemaal van hout is en al ettelijke keren is herbouwd. Het is het grootste houten gebouw ter wereld. Binnen is aan de hand van maquettes te zien dat het oorspronkelijke gebouw aanzienlijk breder maar ook lager was. Centraal in de hal staat de bronzen grote boeddha, geflankeerd door kleinere houten beelden. Achteraan vinden we vier hemelwachters. Bij 1 van de pilaren is wat hilariteit. Daar wurmen pubers en kinderen zich door een vierkant uitgezaagd gat. Het verhaal is dat je, als je dit kan, verzekerd bent van een plaats in het hiernamaals. Ik laat me niet verleiden het ook te proberen, stel je voor dat ik vast blijf zitten, dan krijg je toch het Winnie de Pooh effect en moet ik me er misschien uit laten trekken of erger wachten tot ik magerder geworden ben…..

Weer naar buiten, in de zon (de wind is koud) verder wandelen naar de Nigatsu-do die hoger ligt waardoor we mooi uitzicht op de omgeving hebben en weer diverse Japanse dames in traditionele kledij zien.

Hoewel we inmiddels aardig wat Japanse plattegronden hebben gebruikt blijft het op de een of andere manier lastig de weg te vinden. De kaart is niet altijd op het noorden georiënteerd en de weergave van de paden wijkt soms af. Ook nu is het weer even zoeken naar het pad richting de Kasuga Taisha, de tempel met de vele lantaarns. We twijfelen ook of er nog genoeg tijd is omdat we de afstand niet goed kunnen inschatten. Toch gedaan en geen spijt. Vele bronzen en gouden lantaarns om de tempel. In een ruimte zonder ramen met brandende lantaarns kunnen we de motieven van de lantaarns mooi zien. Soms abstract en soms met dieren. Op het terrein voor het hoofdgebouw een enorme ceder van meer dan 1000 jaar oud. De boom was oorspronkelijk veel hoger, het is duidelijk te zien dat hij is getopt. Niet verwonderlijk is de bliksemafleider, je moet er niet aan denken dat hier de bliksem in slaat.

Uiterlijk 13.30 uur worden we verwacht bij het station, daar krijgen we van de reisleider kaartjes voor de trein en geld voor de metro. En hoewel we nog lang niet alles gezien hebben is het zover. Voordat we in de trein stappen naar onze volgende stop eerst wat eten in de winkelstraat die tussen het station en de tempels loopt. Het wordt wat eentonig maar opnieuw een lekkere lunch die Ed en ik samen delen, gebakken noedels en varkensvlees. Ik dacht warm geroosterd vlees te krijgen het blijkt koud maar wel heel lekker.

Ik heb heel veel zin in de volgende stop, het Fushimi Inari Taisha pad, een pad van ruim 4 kilometer met meer dan 1000 thorii. In het Handicraft Center heb ik een houtblokdruk gezien van dit met rode thorii overdekte pad. Bijna gekocht.....

In het begin is het druk en is het onmogelijk foto’s te nemen zonder mensen. Op een gegeven moment wordt het wel heel erg schuifelen. Dan blijkt dat dit komt omdat ze een torii naar beneden aan het halen zijn. Veel van de houten torii van onderen verrot zijn. De meesten hebben inmiddels ijzeren banden om de onderkanten van de pijlers. Sommige zijn echter zo slecht dat ze moeten worden vervangen. Gaandeweg wordt het stiller en ontstaan gaten in de menselijke file. Helaas krijgt Ed last van zijn knie waardoor hij niet goed verder kan op het omhooglopende pad en de trappen. Hij moet tenslotte ook nog terug. Omdat ik nog graag een stuk wil lopen blijft hij op een rustige plek wachten. Bij het verder lopen lukt het me een aantal superfoto’s te maken van het pad. Het blijkt een stuk verder naar de top dan gedacht. Op de eerste plattegrond die ik tegenkom ben ik al een eind op weg, maar een flink eind verderop bij de tweede plattegrond lijkt het of ik nauwelijks ben opgeschoten. Als ik me dan ook nog 2 keer in de afslag vergis houd ik het voor gezien. Inmiddels is Ed als zo’n half uur alleen en ik moet ook nog terug. Bij een kleine begraafplaats vlak na de splitsing voor de lus om de berg keer ik om en stuur ik Ed een sms-je dat ik nu weer naar beneden ga. Inmiddels is het ook een stuk afgekoeld. De zon heeft onvoldoende kracht om de koude wind te compenseren. Dat blijkt als ik na totaal 1 uur weer bij Ed terugkom. Die heeft het echt koud en zijn knie is niet veel beter geworden. Dus rustig aan naar beneden en terug naar de trein.

Eenmaal terug in Kyoto kopen we vast een busdagkaart voor morgen. Onze laatste dag in Kyoto willen we zoveel mogelijk zien. Gelijk ook wat chips, nootjes en yoghurt gekocht voor de lekkere trek en het ontbijt. Even bijkomen in het hotel en dan tijd voor het diner. Met zijn vieren op zoek naar een restaurantje in de buurt van het station. Niet te ver weg want we zijn moe en de wind is echt koud. We schuiven snel een tentje binnen. Het is een beetje onduidelijk wat we gaan eten, in het midden van de tafel bevindt zich een ijzeren plaat. Is die om eten warm te houden of om te bakken? Daar komen we achter als we besteld hebben, het is het allebei. De losse gerechten worden in bakjes opgediend, die worden dus warm gehouden. Maar de specialiteit van het restaurant wordt zo op de bakplaat geschoven. Uuuuuuuh? Nee? Ja! Het is hem echt de okonomayaki waar we al even naar op zoek zijn. Hebben we zonder het te beseffen besteld! En superlekker, die kunnen we nog wel een keer in de herhaling doen. Zeker als de rekening komt die blijkt aanzienlijk lager dan voorheen. Ook omdat we er nu sake bij hebben besteld in plaats van bier en thee. Sake is echt goedkoper.

Buiten op zoek naar koffie, alles is dicht alleen mister donut is nog open. Snel de koffie op en naar het hotel het is zo koud……

Foto’s