Dinsdag 2 december 2014, Isabela

2 december 2014 - Isabela, Ecuador

Het wordt vandaag weer een lange en bijzondere dag. We starten met ontbijt in het hotel. Een prima ontbijtbuffet, genoeg voor iedereen, ook voor Ed. Voor de ochtend staat een stevige wandeling op het programma naar de krater van de Sierra Negra met een doorsnede van ruim 10 km. Hoewel de weg niet erg steil is moeten we wel goede schoenen aan, regenkleding en wat warms mee.

We halen eerst onze lunchpakketten op, vandaag is er geen tijd om uitgebreid te tafelen. In het pakket sandwiches met ham en kaas en tonijn, een pakje drinken, een reep chocola en een appel. Daar komen we de vulkaan wel mee op.

Naarmate we hoger komen met onze vrachtauto verandert het weer gaandeweg van zonnig naar mistig naar regen. Bij het begin van de wandelroute is wel duidelijk dat het nat blijft en ook de wind is fris. Dus vestje aan en poncho er over heen. Julio maakt zichzelf nuttig door wandelstokken te maken. Met een groot mes hakt hij takken van een omgevallen boom af. Voor mij hoeft het niet, volgens mij loop ik gemakkelijker zonder stok.

We wandelen eerst een stuk over de weg. Dat loopt prima, maar voelt niet echt avontuurlijk. Het wordt anders als Julio het kortere pad vindt dat de brede weg afsnijdt. Omdat er een boom overheen gevallen is zijn we er in eerste instantie voorbij gelopen. Met zijn hakmes maakt hij de weg vrij. Volgens mij geniet hij van dit stoere spel. Op een gegeven moment laat hij met enige trots lijkt het een enorme scheur in zijn broek zien. Volgens hem door het mes, maar mogelijk is hij er gewoon uitgescheurd.

Ik loop prima, de hoogte valt mee, net als de helling. De natuur is schitterend, veel varens, mossen die over de bomen en struiken groeien en van de takken afhangen. Het zou zo maar het decor voor een sprookje kunnen zijn. Hele kleine bloemetjes maar ook grote. De begroeiing is duidelijk anders dan op zeeniveau. Vanuit de struiken de geluiden van vogels. Veel zien we er niet, een enkel kleintje.

We komen aan het einde van het eerste deel van de wandeling. Vanaf dit uitkijkpunt zou je normaal gesproken de kraterrand en begroeide oudere lava moeten kunnen zien. Er is echter dikke mist. De vraag is of die optrekt als we verder lopen. Als dat zo is krijgen we een bijzonder uitzicht over de lava van 2005, die is nog zo recent dat deze niet begroeid is. Het merendeel waagt het erop. De wandeling is goed te doen en we zijn er toch. Bovendien is ons door Milton bezworen 'optimistic' te blijven. Met deze spirit komt alles goed. Na nog een flink stuk door het natte gras en de varens te zijn gelopen komen we bij ons eindpunt. Vanuit hier zou je de krater prima moeten kunnen zien. Helaas, nog steeds dikke mist. Onderweg hebben we gemerkt dat die soms even optrekt, de wolken open breken. Op het moment dat Milton ons adviseert daarop te wachten ontstaat een heldere plek in de wolken. De eerste gestolde lava wordt zichtbaar. Het gat wordt groter en groter, het is net of de gordijnen van het theater open gaan. Uiteindelijk wordt de hele krater een minuut of wat zichtbaar, een fantastisch gezicht. Wat een mazzel, dat dit nu net nu wij hier boven staan gebeurt. We genieten van het uitzicht, maken natuurlijk foto's en eten ons lunchpakket. Ik heb mijn boterhammen achter gelaten in de vrachtauto in de verwachting dat het brood waarschijnlijk gortdroog zou zijn. Dat blijkt mee te vallen dus delen Ed en ik zijn bammetjes tonijn.

Terug naar het begin. Het eerste stuk is gelijk, we wandelen voor zover de glibberigheid het toelaat stevig door naar beneden. Dat blijkt ingewikkelder dan omhoog. Het is echt oppassen geblazen. Bij onze eerste stop aangekomen blijkt de mist niet meer op te trekken. Een klein geel vogeltje hipt om onze benen en helaas strooit een medereiziger wat broodkruimels. Om te voorkomen dat het ecosysteem verder door mensen wordt aangetast en de dieren zich op mensen gaan richten voor voedsel is het voeren van dieren ten strengste verboden. Toch jammer dat niet iedereen snapt dat ook die paar kruimels verschil kunnen maken.

Het wordt tijd om verder te lopen, de achterblijvers moeten anders te lang op ons wachten. Milton kiest een andere nog wat snellere weg die ook wat steiler is. Dat betekent nog beter opletten. Nu mis ik wel een stok en ja hoor tot 2 keer toe ga ik languit. Nat en met een smerige broek en schoenen (de kans dat die deze vakantie nog droog worden is heel klein) komen we beneden bij de rest aan. Die hebben bijna 1 uur op ons gewacht en willen net als wij terug naar de zon. Op naar ons hotel waar we even tijd krijgen om ons voor te bereiden op het snorkelen die middag.

We krijgen een half uurtje om zwemkleding aan te trekken en ons goed in te smeren tegen de zon. Met de vrachtauto naar de verhuur van snorkelspullen. Niet iedereen wil snorkelen en wij hebben onze eigen spullen bij ons. Het kan me niet snel genoeg gaan, hier komen we voor. Als we dan ook eenmaal bij de haven zijn en het er naar uitziet dat we allerlei onnodige informatie over ons heen krijgen voordat we het water in mogen laat ik merken dat we wel heel graag nu het water in willen. De boodschap komt over, wij kunnen erin, degenen die nog niet eerder gesnorkeld hebben krijgen instructies van Milton.

Julio heeft ons uitgelegd tot waar we kunnen zwemmen om niet in de knoop te komen met de watertaxi's en andere boten. Aan de zijkant van de haven ligt een lagune afgesloten met een touw. Daar mogen we ook snorkelen.

We plenzen het water in met onze snorkels en flippers en al bij de eerste blik onder water blijkt hoe mooi het is, glashelder lekker warm water, heel veel vissen in allerlei kleuren en maten, zeeëgels, een enkele zeester en wat koraal. De zeeleeuwen zien we vooral boven water. Ze liggen op bootjes waar we tot heel dichtbij kunnen komen. Het blijft wel spannend. Als er twee wat aan het bakkeleien zijn houd ik gepaste afstand, ik kom er liever niet tussen.

De lagune lijkt in eerste instantie niet gemakkelijk te bereiken, er is een stevige tegenstroom. Langs de kant is het water echter ondiep en komen we gemakkelijk onder het touw door de lagune in. Het diepere gedeelte blijkt met de snorkels niet goed te zien, dus na wat spartelen terug naar de haven.

Eenmaal op de kant zien we nog zeeleguanen zwemmen en schieten er 2 pinguïns als torpedo'tjes door het water. Net als we denken alles gezien te hebben komt er nog een rog te voorschijn, dat is uitkijken voor de mensen die nog in het water zijn, de staartpunt van een rog is behoorlijk giftig.

Wat moe en koud geworden gaan we terug naar het hotel voor een warme douche die het plakkerige zeewater van ons afspoelt. Even bijkomen en dan naar het restaurant. Milton heeft ons beloofd dat het dit keer goed zal zijn, de eigenaresse was behoorlijk geschrokken van onze reacties op het eten van gisteren en wil het graag goed maken. We zijn benieuwd.
Het klopt, het eten is aanzienlijk beter dan gisteren, het is goed warm, de soep is heerlijk en de garnalen en (hele kleine) stukjes kreeft smaken prima. Warme banaan als dessert en tot slot nog een ijskoude soort van sorbet. Alles bij elkaar is het net genoeg maar gelukkig wel lekker dus. Een applausje voor de eigenaresse en dan op weg naar de koffie in het tentje van gisteren. Gezellig nakletsend met de inmiddels bekende lachsalvo's van Henk sluiten we deze fantastische dag af.

Naar het hotel en slapen, morgen wacht nog zo'n dag.

Foto’s